Klinische Diëtetiek

1. Allergieën en intoleranties

Krijgt u het benauwd na het eten van noten en/of pinda’s? Heeft u last van huiduitslag of zwelling in uw mond na het eten van fruit zoals perzik of appels? Wanneer u deze klachten herkent, dan kan het zijn dat u last heeft van een voedselovergevoeligheid. U kunt dan ziek worden van hele gewone voedingsmiddelen.

Bij voedselallergie is het volgen van een aangepast voedingsplan vaak noodzakelijk, maar u kunt hierbij behoorlijk beperkt worden in uw productkeuze terwijl u er alle belang bij heeft toch te blijven voorzien in een uitgebalanceerde en evenwichtige inname. Daarom is het verstandig, mogelijk op advies van uw arts, een ervaren diëtist te raadplegen bij het samenstellen van het dieet.

2. Diabetes

Diabetes is een chronische aandoening waarbij het bloedsuikergehalte verhoogd is. Dit kan twee oorzaken hebben: ofwel maakt het lichaam onvoldoende insuline aan, ofwel is de geproduceerde insuline onvoldoende werkzaam. In beide gevallen kunnen de cellen onvoldoende suiker (glucose) opnemen, waardoor het zich ophoopt in het bloed. Deze situatie noemen we diabetes mellitus of suikerziekte.

Voeding kan binnen de diabetesbehandeling gezien worden als een basispijler waarop alle andere behandelingen steunen. Kleine eenvoudige aanpassingen in het bestaande voedingspatroon, onder deskundige begeleiding van een diëtist, kunnen al voldoende zijn om het gewenste doel te bereiken.

3. Hoge bloeddruk

Van verhoogde bloeddruk is sprake wanneer de waarden hoger zijn dan 140 en 90 mmHg.

Bij een verhoogde bloeddruk worden hart en bloedvaten aangetast, vaak zonder dat men zich van enig kwaad bewust is. Vandaar dat hij wordt omschreven als een stille doder.
Een gezond leefpatroon – met daarbij de nodige en juiste voedingsinterventies – helpt om een verhoogde bloeddruk te voorkomen.

4. Hypercholesterolemie

Cholesterol is een vetachtige stof die ons lichaam in een welbepaalde hoeveelheid nodig heeft om goed te functioneren. We hebben cholesterol onder andere nodig voor de opbouw van celwanden, voor de vorming van hormonen,… Het is dus een onmisbare stof, maar teveel ervan vormt een gevaar voor onze gezondheid.

Om je lipidenprofiel in het bloed te optimaliseren doe je er goed aan de inname aan cholesterol en verzadigde vetten te beperken. Een gericht voedingsplan is hierbij dan ook een absolute voorwaarde.

5. Spijsverteringsproblemen (maag/darm)

Niets zo lastig als een maag die de hele dag opspeelt, een opgeblazen gevoel, rommelende darmen of problemen met de stoelgang.

In het spijsverteringsproces kan door tal van afwijkingen een storing optreden, die voor behoorlijk wat klachten kan zorgen. Een bacteriële of virale infectie, een overmatige productie van maagzuur, een breukje in het middenrif, een maagzweer of een ontsteking van het maag- of darmslijmvlies zijn slechts enkele voorbeelden. Bij veel mensen wordt er echter helemaal geen lichamelijke afwijking gevonden die de aanhoudende klachten kan verklaren. Aanpassingen in het voedingspatroon kunnen dan vaak zorgen voor een merkelijke verbetering van de gesignaleerde klachten.

6. Overgewicht / Obesitas

Wie overgewicht heeft, is te zwaar voor zijn lengte en heeft te veel lichaamsvet. Mensen met overgewicht hebben meer kans op diabetes (suikerziekte), een hoge bloeddruk, galstenen, en andere aandoeningen. Berekening van de BMI en middelomtrek zijn goede parameters om vast te stellen of je overgewicht hebt.

Voeding speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van overgewicht. Als je overgewicht hebt, eet je te veel óf verkeerd. Een diëtist kan kijken wat je het beste kunt eten en hoe je het langere tijd kunt volhouden. Een diëtist kan je dus helpen bij het veranderen van je eetgedrag door analyse van je huidig eetpatroon. Op die manier leer je dus stap voor stap naar je gewoontes te kijken en die om te zetten in gezonde voedingsgewoontes.